Met de introductie van App-v 5.0 SP2 introduceerde Microsoft ook een betere integratie met het Operating System. Met name op het gebied van ActiveX objecten en Shell Extensions.
ActiveX objecten
Voorheen was het noodzakelijk een aparte Internet Explorer shortcut aan te bieden voor bijvoorbeeld een ActiveX control zoals Adobe Shockwave. Deze draaide dan samen met Internet Explorer in een specifieke bubble. Indien de standaard shortcut voor het opstarten van Internet Explorer gebruikt werd dan was Adobe Shockwave niet beschikbaar. Met de introductie van App-v 5.0 SP2 is de noodzaak voor het aanbieden van een extra shortcut niet meer aanwezig. Na het global ‘publishen’ van de Adobe Shockwave sequence zal de ActiveX control gewoon in de lijst van Internet Explorer add-ons zichtbaar zijn en bruikbaar zijn. Na het ‘unpublishen’ is de ActiveX control weer verdwenen uit de lijst van beschikbare add-ons. Om bovenstaand voorbeeld te laten werken is het wel van belang om op de sequence machine dezelfde versie van Internet Explorer te hebben draaien en hetzelfde bit niveau (x86 of x64) te hanteren. Het publishen van de applicatie dient ‘global’ te gebeuren.
Shell Extensions
In de voorgaande versies van App-v was het (bijna) niet mogelijk om Shell Extensions te virtualiseren en aan te bieden aan de eindgebruiker. Sinds de release van App-v 5.0 SP2 is dit veranderd. Deze release neemt namelijk de volgende Shell Extensions mee:
- Context menu handler
- Drag-and-drop handler
- Drop target handler
- Data object handler
- Property sheet handler
- Infotip handler
- Column handler
Voor een applicatie als 7-zip betekent dit bijvoorbeeld dat de rechtsklik menu’s in Windows Explorer gewoon beschikbaar zullen zijn voor de gebruiker als de 7-zip sequence gepublished is, hier hoeven geen extra stappen voor ondernomen te worden. Ook hier geldt dat het bit (x86 of x64) niveau van de sequence machine hetzelfde dient te zijn als dat van de doelmachine(s). In tegenstelling tot ActiveX objecten hoeft het publishen niet global te gebeuren maar kan het ook per user. Meer info is te vinden op Microsoft Technet Creating and Managing App-V 5.0 Virtualized Applications onder het kopje App-V 5.0 SP2 shell extension support.